Sociaal gedrag van jonge kinderen vergroten

20 februari was de Internationale Dag van de Sociale Rechtvaardigheid. Deze dag is bedoeld om na te denken over hoe wij hoe wij zo sociaal mogelijk kunnen omgaan met andere mensen. Een mooi moment om jullie als ouders wat tips te geven die het sociale gedrag van jonge kinderen wat kunnen vergroten!

1. Geef zelf het goede voorbeeld

Kinderen kijken veel naar hun ouders om dingen te leren. Wees je hier als ouder van bewust en geef zelf het goede voorbeeld. Dit kan ook, juist, wanneer je met je kind aan het spelen bent. Zijn jullie samen met de keukenspulletjes aan het spelen? Maak dan iets lekkers voor iemand anders. Doet jouw kind jou vervolgens na? Complimenteer je kind, bijvoorbeeld door te zeggen: "Wat lief dat je iets lekkers gemaakt hebt voor papa/mama/opa/oma, etc. Daar zal papa/mama/opa/oma vast heel blij mee zijn."

2. Bereid je kind voor

Jonge kinderen komen steeds in nieuwe situaties terecht. In een nieuwe situatie weten zij niet altijd wat zij moeten doen. Bereid je kind daarom voor. Gaan jullie bijvoorbeeld naar een verjaardag waar andere jonge kinderen zijn? Vertel dit dan aan je kind. Zeg bijvoorbeeld: "We gaan straks naar het huis van Roosje, om haar verjaardag te vieren. In haar huis zullen ook andere kindjes met hun papa's en mama's zijn. Als Roosje haar kadootje uitgepakt heeft, mag je spelen. Misschien vind je het wel leuk om samen met Roosje en de andere kindjes te spelen. Dan vraag je: "Mag ik met jullie mee spelen?". Er zullen daarna misschien nog wel meer kindjes en papa's en mama's komen. Die kindjes willen dan misschien ook mee spelen. Als ze vragen of ze mee mogen spelen, kun je zeggen: "Jahoor, dat mag!". Dat is lief en zo kun je vriendjes maken."

3. Help wanneer dit nodig is

Het kan zijn dat je merkt dat je kind het lastig vindt om met andere kinderen te spelen. Je ziet bijvoorbeeld dat je kind verdrietig of boos wordt wanneer er een ander kind met zijn/haar speelgoed speelt. Help je kind op zo'n moment. Zeg bijvoorbeeld: "Ik zie dat je boos wordt omdat Roosje met jouw pop gaat wandelen. Maar Roosje vindt jouw pop heel mooi en wil ook graag voor haar zorgen. Dat is lief van Roosje. Je kunt vragen of jij je pop na het wandelen weer terug mag. De pop is van jou, maar ik denk dat ze het wel heel fijn vindt als jullie samen voor haar zorgen."

4. Leer je kind om zich in te leven

Jonge kinderen vinden het vaak lastig om zich in te leven in anderen. Jij kunt hem/haar dit wel leren. Wanneer je kind speelgoed van een ander kind afpakt, kun je bijvoorbeeld zeggen: "Ik zie dat je de auto van Roosje afpakt. Roosje was fijn met de auto aan het spelen. En kijk eens; nu is Roosje verdrietig, ze heeft tranen in haar ogen. Dat is niet fijn. Geef de auto maar terug aan Roosje, dan wordt ze weer blij. En dan kun je vragen of jij na haar met de auto mag spelen."

5. Bied je kind de ruimte om te oefenen

Denk niet: "Mijn kind vindt het lastig om samen met andere kinderen te spelen, dus we gaan even niet meer naar plekken waar andere kinderen zijn". Zoek juist plekken op waar andere kinderen zijn. Het is belangrijk dat je je kind zoveel mogelijk laat oefenen om sociaal gedrag te laten zien. Probeer je kind daar een beetje in de gaten te houden, zodat je kunt helpen als dat nodig is, maar houdt ook genoeg afstand. Op die manier voelt je kind dat jij vertrouwen in hem/haar hebt om dingen zelf op te lossen tijdens het spelen.

Heb je vragen of hulp nodig?

Heb jij vragen omdat je merkt dat je kind het lastig vindt om sociaal gedrag te laten zien? Lukt het jouw kind niet om vriendjes of vriendinnetjes te maken? Of blijft je kind lang in zijn/haar boosheid en verdriet hangen wanneer er iets gebeurt wat hij/zij niet leuk vindt? Neem contact op met het Meerpunt. Wij denken graag met je mee!